ARTIKEL

26.

ALGEMENE WIJZIGINGSREGELS

 

 

26.1

Verschuiving

 

 

 

Burgemeester en wethouders kunnen het plan met inachtneming van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening wijzigen ten aanzien van het gehele plangebied, voor de verschuiving van de be­stemmingen, bouwvlakken en andere aanduidingsvlakken, indien en voor zo­ver:

a.    de verschuiving noodzakelijk is voor een goede realisering van het plan, voor zover een aanpassing aan de nader ingemeten situatie noodzakelijk is, of als gevolg van afwijkingen of onnauwkeurigheden in de digitale ondergrond;

b.    de verschuiving niet meer bedraagt dan 10 m.

 

 

26.2

Nutsvoorzieningen

 

 

 

Burgemeester en wethouders kunnen het plan met inachtneming van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening wijzigen, waarbij gronden worden bestemd voor de bouw van bouwwerken voor ver­deel-, regel- en transformatorruimten met een grotere bouwhoogte dan 3 m en een grotere inhoud dan 50 m3, met dien verstande dat de goothoogte niet meer dan 5 m en de inhoud niet meer dan 150 m3 mag bedragen.

 

 

26.3

Locatie Abdijstraat

 

 

 

Burgemeester en Wethouders kunnen het plan met inachtneming van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening wij­zigen ter plaatse van de aanduiding "wro-zone - wijzigingsgebied", al dan niet in gedeelten, met dien ver­stande dat:

a.    niet eerder zal worden overgaan tot wijziging dan op grond van een op zich en in de omgeving passend verkavelingsplan voor woningbouw en/of gecombineerde woon-/zorgfuncties;

b.    voorzien wordt in tenminste drie parkeerplaatsen per twee woningen;

c.    in het verkavelingsplan wordt voorzien in voorzieningen voor de hemelwaterretentie, waarbij dient te worden voldaan aan de uitkomsten van het onder sub f genoemde onderzoek naar de hemelwaterretentie;

d.    in het verkavelingsplan wordt voorzien in een geluidswal aan de zijde van de Provincialeweg die dient te voldoen aan de uitkomsten van het onder sub f genoemde onderzoek naar de geluidhinder wegverkeer;

e.    in het wijzigingsplan, voor zover noodzakelijk, nadere voor­schriften worden opgenomen overeenkomstig de bepalingen in dit plan, met dien verstande dat geen hogere bouwhoogte zal worden opgenomen dan 14 m; waarbij voor een liftmachinekamer of klimaatbehandeling een opbouw, met een bouwhoogte van maximaal 3 m, boven de 14 m is toegestaan;

f.     in het wijzigingsplan inzicht wordt gegeven in de uitkomsten van onder­zoek naar geluidhinder wegverkeer, bodemverontreiniging, luchtkwali­teit, milieuhinder van bedrijven, archeologi­sche waarden, hemelwa­terretentie en natuurwaarden en is gebleken dat de betreffende belangen in voldoende mate zijn verzekerd.

 

 

Dit is een dummytekst uitsluitend bedoeld als bladvulling voor proefcodering van voorbeeldplannen.