- het plan:
Bestemmingsplan
Surhuisterveen Dorp, wijziging Torenvalk 58a van
de gemeente Achtkarspelen;
- het bestemmingsplan:
de
geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand
NL.IMRO.0059.WPSvTorenvalk58a14.VG01 met de bijbehorende regels;
- aanduiding:
een
geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar
ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik
en/of het bebouwen van deze gronden;
- aanduidinggrens:
de grens
van een aanduiding indien het een vlak betreft;
- aanbouw:
een gebouw
dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in
directe verbinding staat, welk gebouw onderscheiden kan worden van het
hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het
hoofdgebouw;
- aan-huis-verbonden beroep of bedrijf:
een
dienstverlenend beroep of bedrijf, dat in of bij een woonhuis wordt
uitgeoefend, waarbij het woonhuis in overwegende mate de woonfunctie
behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de
woonfunctie in overeenstemming is;
- agrarisch bedrijf:
een bedrijf
dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen
van gewassen (houtteelt daaronder begrepen) en/of het houden van dieren;
- bebouwing:
één of meer
gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- bedrijfsgebouw:
een gebouw,
dat dient voor de uitoefening van een bedrijf;
- bedrijfswoning/dienstwoning:
een woning
in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het
huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bestemming
van het gebouw of het terrein noodzakelijk is;
- beperkt kwetsbaar object:
een object
waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een
richtwaarde voor het risico c.q. een risicoafstand tot een risicovolle
inrichting is bepaald, waarmee rekening moet worden gehouden;
- bestemmingsgrens:
de grens
van een bestemmingsvlak;
- bestemmingsvlak:
een
geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
- bijgebouw:
een op
zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm
onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch
opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
- bijzonder woongebouw:
een
gebouwencomplex, gebouw of deel van een gebouw, dat volgens de bouw of
verbouw blijvend is bestemd voor permanente bewoning door een
institutioneel huishouden;
- bouwen:
het
plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en
het vergroten van een bouwwerk, als mede het geheel of gedeeltelijk
oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
- bouwgrens:
de grens
van een bouwvlak;
- bouwlaag:
een
doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering
gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met
inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder;
- bouwperceel:
een
aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij
elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
- bouwperceelgrens:
een grens
van een bouwperceel;
- bouwvlak:
een
geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de
regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn
toegelaten;
- bouwwerk:
elke
constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal,
die hetzij direct of indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of
indirect steun vindt in of op de grond;
- dak:
iedere
bovenbeëindiging van een gebouw;
- detailhandel:
het
bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten
verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending
anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
- detailhandel in volumineuze goederen:
detailhandel
die vanwege de omvang van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig
heeft voor de uitstalling, in de vorm van de verkoop van auto’s, boten,
caravans, tuininrichtingsartikelen, grove bouwmaterialen,
keukens en sanitair en naar de aard daarmee gelijk te stellen artikelen;
z.
dienstverlenend
bedrijf en/of dienstverlenende instelling:
bedrijf of
instelling waarvan de werkzaamheden bestaan uit het verlenen van
economische en maatschappelijke diensten aan derden, waaronder zijn
begrepen kapperszaken, schoonheidsinstituten, fotostudio’s en naar de aard
daarmee gelijk te stellen bedrijven en inrichtingen, evenwel met
uitzondering van een garagebedrijf (en naar de aard daarmee gelijk te
stellen bedrijven en inrichtingen) en een seksinrichting;
- dienstverlening:
het
verlenen van economische en maatschappelijke diensten aan derden;
- erf:
een al dan
niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij
een gebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het
gebruik van dat gebouw;
- gebouw:
elk
bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of
gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
- grondgebonden agrarische bedrijfsvoering:
een
agrarische bedrijfsvoering die hoofdzakelijk niet in gebouwen plaatsvindt;
- hoofdgebouw:
een gebouw
dat, gelet op de bestemming, als het belangrijkste bouwwerk op een
bouwperceel kan worden aangemerkt;
- horecabedrijf:
een
bedrijf, waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter
plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies wordt verstrekt,
één en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met
uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie;
- kampeermiddel:
een tent,
een tentwagen, een kampeerauto of een caravan;
enig ander
onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voorzover geen bouwwerk zijnde,
één en
ander voor zover deze onderkomens of voertuigen of gewezen voertuigen
geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of
kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;
- kantoor:
een gebouw,
dat dient voor de uitoefening van administratieve werkzaamheden en
werkzaamheden die verband houden met het doen functioneren van (semi)overheidsinstellingen, het bankwezen, en naar de
aard daarmee gelijk te stellen instellingen;
- kwetsbaar object:
een object
waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een
grenswaarde voor het risico c.q. een risicoafstand tot een risicovolle
inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden;
- maatschappelijke voorzieningen:
educatieve,
sociaal-medische, sociaal-culturele en levensbeschouwelijke voorzieningen,
voorzieningen ten behoeve van sport en sportieve recreatie en voorzieningen
ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte
detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen;
- peil:
- voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de
hoofdtoegang direct aan de weg grenst:
- de hoogte van de weg ter plaatse van die
hoofdtoegang;
- voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de
hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst:
- de hoogte van het terrein ter hoogte van
die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw;
- productiegebonden detailhandel:
detailhandel
in goederen die ter plaatse worden vervaardigd, gerepareerd en/of toegepast
in het productieproces, waarbij de detailhandelsfunctie ondergeschikt is
aan de productiefunctie;
- prostitutie:
het zich
beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een
ander tegen vergoeding;
- risicovolle inrichting:
een
inrichting, bij welke ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen
een grenswaarde, richtwaarde voor het risico c.q. een risicoafstand moet
worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of
beperkt kwetsbare objecten;
- seksinrichting:
de voor het
publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang
alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of
vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden.
Onder
seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf,
alsmede een erotische massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal,
sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
- uitbouw:
een gebouw
dat als vergroting van een bestaande ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw,
welk gebouw door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en
dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
- verkoop van goederen via internet:
een vorm
van detailhandel, dat vanuit een woonhuis wordt uitgeoefend, waarbij het
woonhuis in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke
uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming
is;
- woning:
een complex
van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk
huishouden;
- wooneenheid:
een tot
bewoning bestemd gebouw dat onderdeel uitmaakt van een bijzonder woongebouw
en blijvend is bestemd voor permanente bewoning door een institutioneel
huishouden;
- woongebouw:
een gebouw,
dat meerdere naast elkaar en/of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen
omvat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid beschouwd kan
worden.
|